De Europese Unie investeert €380 miljoen in een testfabriek voor fotonische chips, met productielijnen in Eindhoven en Enschede. Deze chips werken met licht in plaats van elektrische stroom, wat zorgt voor snellere communicatie en minder energieverbruik. De investering wordt geleid door het consortium PIXEurope, waarin elf landen samenwerken. Voor Nederland gaat er €133 miljoen naar de ontwikkeling van deze technologie.
Fotonica, een techniek waarbij licht (fotonen) gebruikt wordt voor communicatie binnen chips, heeft vooral academische interesse gewekt. Zo kregen Nederlandse onderzoekers onlangs €14 miljoen subsidie om de productie van fotonische chips verder te ontwikkelen. Maar ook de private sector speelt een rol: het bedrijf Smart Photonics uit Eindhoven wil de nieuwe proeffabriek benutten voor de ontwikkeling van deze technologie. De bouw van de fabriek start naar verwachting in 2025.
Minister Dirk Beljaarts van Economische Zaken ziet de investering als een belangrijke stap voor de Nederlandse technologie- en innovatiesector, vooral voor het mkb dat betrokken is bij het project. Hij benadrukt dat fotonica door de overheid als strategisch belangrijk wordt gezien, zowel voor toekomstige banen als voor de nationale veiligheid. Nederland hoopt hiermee een sterke Europese positie op te bouwen in de chipproductie, waarin verschillende technologieën zoals fotonica, chip-stapeling en alternatieve materialen een rol spelen.
Fotonische chips zijn vooral interessant voor toepassingen die veel data verplaatsen, zoals supercomputers. Ze kunnen niet alleen sneller werken dan traditionele chips die gebruikmaken van elektrische stroom, maar verbruiken ook minder energie, wat ze aantrekkelijk maakt voor brede toepassingen.
Met de Europese Chips Act wil de EU een belangrijkere rol spelen in de wereldwijde chipproductie, hoewel grote spelers zoals TSMC en Intel voorlopig terughoudend blijven. De ambitie is dat Europa minder afhankelijk wordt van Azië voor geavanceerde chiptechnologie.