De Autoriteit Consument & Markt (ACM) gaat onderzoeken of er maatregelen nodig zijn om de concurrentie te stimuleren in gebieden waar mensen een snel internetabonnement (van minimaal 200 megabit per seconde) alleen kunnen nemen via het kabelnetwerk. Dat geldt momenteel voor circa 3 miljoen huishoudens, voornamelijk steden die pas later aan de beurt zijn en voor het aanleggen van glasvezel.
Omdat op de kabel maar één aanbieder actief is, valt er niets te kiezen voor wie snel internet wil. De ACM vindt het belangrijk dat consumenten ook daar kunnen profiteren van een concurrerend internetaanbod.
De ACM heeft daarbij een indeling gemaakt op basis van welke netwerken er in een bepaald gebied liggen. Dat levert vijf soorten gebieden op, waar de ACM kijkt of er genoeg concurrentie is. Goede concurrentie betekent dat consumenten genoeg keus hebben uit een aanbod met scherpe prijzen en goede kwaliteit.
Dit initiatief kan in het voordeel werken van zgn. buitengebieden en nog niet ontsloten dorpsgemeenten
